Artikel 5.3 Regelingen werktijdvermindering voor oudere werknemers
A. 80/90/100-regeling
Werktijdvermindering
1. Afspraken over werktijdvermindering voor oudere werknemers met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd worden op vrijwillige basis gemaakt. Afspraken over werktijdvermindering vormen een gezamenlijke verantwoordelijkheid van werkgever en werknemer. Van belang zijnde factoren hierbij zijn bijv. de persoonlijke omstandigheden en/of de bedrijfssituatie.
Regeling Werktijdvermindering
2. Indien werkgever en werknemer overeenstemming hebben bereikt over werktijdvermindering geldt voor de werknemer die niet langer dan drie jaar verwijderd is van de AOW-gerechtigde leeftijd het volgende recht: 80 % werken, 90 % salaris en 100 % voortzetting pensioenopbouw (onder handhaving van de bestaande premieverdeling werkgever/werknemer).
Geen samenloop met andere regelingen
2a. Bij deelname aan de regeling onder lid 2, komen de leeftijd gerelateerde extra vakantiedagen, die uit hoofde van de cao voor het Uitgeverijbedrijf - in casu de verschillende functiegroep bepalingen - op betrokkene van toepassing zijn, te vervallen (functiegroep BTU: artikel 11.5.2; functiegroep DU: artikel 12.6.2d; functiegroep DJ: artikelen 13.10.3 en 13.12; functiegroep PUOP: artikelen 14.4.4 en 14.5; functiegroep VAK: artikel 15.4.2; functiegroep HAH: artikelen 16.10.4).
3. Werkgever en werknemer kunnen in onderling overleg kiezen voor een lager percentage werken met daarvan afgeleide percentages voor het salaris en de pensioenopbouw. Als ondergrens voor de voortzetting van de pensioenopbouw geldt een minimum werkfactor van 50% (50% werken, 56,25% salaris en 62,5% voortzetting pensioenopbouw).
Weigeringsgrond
4. Op grond van de Wet flexibel werken kan een verzoek tot werktijdvermindering door een werkgever slechts worden geweigerd op basis van zwaarwegende gronden. Voor de toepassing van deze bepaling kan door de werkgever dispensatie worden gevraagd bij de Commissie Toezicht en Naleving.
Ontslag wegens reorganisatie
5. In geval een werknemer in de eerste twee jaar van zijn werktijdvermindering ontslagen wordt als gevolg van reorganisatie en in dat kader recht heeft op een aanvullende uitkering conform deze cao, wordt de berekening van deze uitkering gebaseerd op zijn oorspronkelijke salaris.
B. Generatiepact: X/Y/Z-regeling
Generatiepact: streven naar jonge instroom bij uitstroom oudere werknemers
6. Cao-partijen streven ernaar, gedurende de looptijd van deze cao, naar rato van de deelname van oudere werknemers aan het Generatiepact, (jonge) instroom te bevorderen. Door het gedeeltelijk terugtreden van oudere werknemers kunnen vacatures ontstaan, die door jongere werknemers vervuld kunnen worden.
Bij het Generatiepact gaat het in beginsel om een budgetneutrale operatie.
Regeling werktijdvermindering in het kader van het Generatiepact: XYZ-regeling
7. Tot en met 31 december 2024 kan de werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd vanaf vijf jaar voorafgaand aan de AOW-gerechtigde leeftijd deelnemen aan de XYZ-regeling, een variant van de Regeling Werktijdvermindering 80/90/100 op basis van een verdeling X/Y/Z, waarbij factor X fiscaal is gelimiteerd tot en factor Z (de pensioenopbouw) altijd 100% is. De pensioenpremie wordt volgens de bestaande systematiek verdeeld tussen werknemer en werkgever.
Factor Y wordt bepaald als de werkfactor zijnde 100% minus de helft van de vermindering aan arbeidstijd. Zo kunnen er, onder andere, de volgende varianten worden afgesproken: 50/75/100, 60/80/100, 70/85/100 of 80/90/100.
Geen samenloop met andere regelingen
8.a. Bij deelname aan een van de varianten, zoals benoemd onder lid 7, komen de leeftijdgerelateerde extra vakantiedagen, die uit hoofde van de cao voor het Uitgeverijbedrijf - in casu de verschillende functiegroepbepalingen - op betrokkene van toepassing zijn, te vervallen (functiegroep BTU: artikel 11.5.2; functiegroep DU: artikel 12.6.2d; functiegroep DJ: artikelen 13.10.3 en 13.12; functiegroep PUOP: artikelen 14.4.4 en 14.5; functiegroep VAK: artikel 15.4.2; functiegroep HAH artikelen 16.10.4).
b. Voor de werknemer die gebruik maakt van de XYZ-Regeling kan artikel 3.2 lid 3 van de cao van toepassing worden verklaard op arbeidsvoorwaarden op ondernemingsniveau (bijvoorbeeld m.b.t. gebruik mobiele telefoon, leaseauto e.a.)
Verzoek tot werktijdvermindering
9.a. Op grond van de Wet flexibel werken kan een verzoek tot werktijdvermindering door een werkgever slechts worden geweigerd op basis van zwaarwegende gronden. Voor de toepassing van deze bepaling kan door de werkgever dispensatie worden gevraagd bij de Commissie Toezicht en Naleving.
b. In afwijking van het sub. a. bepaalde geldt voor ondernemingen met minder dan 25 medewerkers in dienst dat van de XYZ-regeling gebruik kan worden gemaakt op basis van wederzijdse vrijwilligheid.
Een eenmaal gemaakte keuze staat vast
10. Eenmaal ingewilligde verzoeken in het kader van het Generatiepact blijven van toepassing tot aan het moment van bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd of eerdere pensionering van de werknemer.
Artikel 5.3 lid 5 (Ontslag wegens reorganisatie) is onverminderd van toepassing.
Individueel financieel advies traject voor de deelnemende oudere werknemer
11. Om de oudere werknemer de juiste keuze te kunnen laten maken, wordt door de werkgever een individueel adviestraject aangeboden, inclusief individuele berekeningen, waarvan de betrokken werknemer gebruik kan maken.